Benno Barnard: 'Onderstaande tekst schreef ik samen met Wim van Rooy voor De Standaard. Die krant weigerde publicatie niet rechtstreeks, maar onrechtstreeks: door ons stuk niet te plaatsen namelijk.'
Er spelen zich in België vreemde taferelen af. Terwijl de kerk van het multiculturele geloof leegloopt, krijgt de burger binnen één week de surrealistische resultaten voorgeschoteld van Joëlle Milquets Rondetafel van de Interculturaliteit en moet hij het meemaken dat aan de Antwerpse Universiteit een sympathiek driedaags congres over de plaats van de islam in het nieuwe Europa plaatsvindt – een congres dat niet alleen volslagen chaotisch was, maar ook nog eens gekaapt werd door moslimfundamentalisten, dat alles onder de ogen van de welwillende universitaire gemeenschap, aangevoerd door rector Alain Verschoren, een brave postmoderne ziel die het kwaad nog niet zou herkennen in een vernietigingskamp van de nazi’s.
Op een schaakbord ter grootte van Europa is het eindspel begonnen tussen realisten en utopisten – die laatsten zijn de volgelingen van allerlei denominaties en obediënties van het communisme, antizionisme en zonnepanelendom, het zijn de kruidenvrouwtjes en wichelaars van allerlei slag, de diepchristelijke kinderen van Egidius, vele leden van de culturele en academische elite, en voorts de nodige journalisten, al dan niet werkzaam bij de nieuwsdienst van de VRT.
Het zou hier te ver voeren om de vele punten uit de Rondetafel van Milquet te becommentariëren: men kan alleen maar hopen dat veel van de desiderata zoals voorheen dode letter blijven. De meeste aanbevelingen zijn immers niet alleen hopeloos naïef, ze getuigen van een vastgeroest denken dat inzet op een utopische maatschappij die als staatsideologie door de strot wordt geduwd, een tikkeltje in de stijl van wijlen Stalin, met een eigen inquisitie, het CGKR, dat de vrijheid van meningsuiting ondertussen tot een lachertje heeft gemaakt en politieke processen tot zijn waarmerk. Voor een dergelijke Rondetafel is het motto immers: wie niet multicultureel is – of ‘intercultureel’, le dernier cri, die een soort politiek-correcte apartheid aanduidt – ontmaskert zichzelf als racist en fascist. Maar het ware fascisme dient zich verwarrend genoeg – zoals lang geleden al voorspeld – als antifascisme aan.
De moegetergde leerkracht, de toegewijde verpleegster en de gefrustreerde politieagent krijgen van Milquet impliciet opnieuw de boodschap mee dat ze nog niet genoeg gedaan hebben voor degenen die in het verslag culturele minderheden wordt genoemd – en dan denkt de man in de straat beslist niet aan Nepalese boeddhisten of uit het Midden-Oosten gevluchte christenen, maar aan datgene waarover men moet zwijgen. Want het is zoals de aanklagers op het historische proces Wilders het formuleerden: de vraag is niet of Wilders de waarheid spreekt, de vraag is of hij die mag spreken.
Het meest navrante van dit hele circus is dat de islam niet wordt genoemd. En toch is deze totalitaire orthopraxis, zoals de Iraanse ervaringsdeskundige professor Afshin Ellian onlangs in Elsevier schreef, ‘een ramp, een verwoestende tsunami voor andersdenkenden en andere culturen’. De islam heeft een antiwetenschappelijke cultuur gegenereerd die al 1400 jaar op elke beschaving parasiteert en overal waar hij komt stilstand en ellende veroorzaakt. Of zoals Ataturk al verklaarde: de islam is een rottend kadaver dat het leven van de moslims vergiftigt. En langzamerhand dus ook ons leven.
U zegt dat de islam niet bestaat? U dwaalt. Niet alleen aanvaarden nagenoeg alle moslims de vijf zuilen van de islam, maar als er in Europa een spotprent over Mohammed verschijnt, verenigt de oemma zich en spreekt hij met één stem, waarbij de fundamentalisten altijd de beste papieren hebben. U wilt onderscheid maken tussen islam en islamisme? Lees de Duits-Turkse sociologe Necla Kelek: zij stelt dat de afwijzing van secularisme en de westerse cultuur de kern vormt van de politiek van haast alle islamitische instituties. John Esposito, vriend van de islam, hield een mondiale en longitudinale enquête over dit agressieve systeem en kwam uit op 6 procent fundamentalisten. Wie wat doorrekent komt uit op zowat 90 miljoen moslims… Waarom is iedereen zo bang om dit soort feiten te erkennen? Als zo’n Rondetafel bijvoorbeeld bedrijven vraagt moslims de gelegenheid te geven vijf keer per dag te bidden, dan zit de gotspe erin dat een en ander zelfs in Libië niet wordt geëist! Zo werkt men de fundamentalisering van Europa in de hand en de moslimwereld kijkt afwisselend verlekkerd en met geoefende pruillip toe.
En dan organiseert men aan de Antwerpse universiteit een colloquium over de plaats van de islam in Europa. De desinformatie in de verschillende exposés was groot. Dat is ook niet zo verbazingwekkend, want tot de deelnemers behoorden ongure types als de Marokkanen Yacob Mahi en Mohammed Bensalah, van wie de eerste het liberalisme als ‘de moordenaar van de menselijke vrijheid’ omschreef, en de tweede zich beriep op teksten van Sigrid Hunke, die werkzaam was op de wetenschappelijke afdeling van de SS. Maar de grootste intellectuele geweldenaar onder de buitenlandse gasten was toch wel de Zwitserse imam Yussef Ibram, die in 2004 verklaarde dat steniging, hoewel in Zwitserland niet nodig, absoluut niet in opspraak mocht worden gebracht. Merkwaardig! Je zou toch denken dat er stenen voldoende zijn in dat land.
Bron: http://knack.rnews.be/nl/actualiteit/nieuws/boeken/blogs/benno-barnard/stenigen-mag-een-beetje/opinie-1194874455243.htm
Geen opmerkingen:
Een reactie posten